Pensioen & U
Nummer 14 - december 2022
Vraag & antwoord
• Eindigen relatie
• Overlijden
• Loonheffingskorting
• Contact
Pensioendialoog
Stephan Heuvelmans
en Frans Lemkes
Actueel
• Betaaldata
• Laat uw stem horen
• Van het bestuur
Pensioen & U
Nummer 14 - december 2022
Openingsartikel
Het nieuwe pensioenstelsel krijgt heel langzaam vorm
Dat nieuwe pensioenstelsel, dat gaat er komen, verwacht Marcel Snijders, directeur van het bestuursbureau van Pensioenfonds UWV. Maar er zijn nog veel onzekerheden over het nieuwe stelsel. Datzelfde geldt voor de nieuwe pensioenregeling. Marcel over de stand van zaken en de stappen die nog genomen moeten worden.
Over een nieuw pensioenstelsel wordt al heel lang gesproken. Marcel benoemt een belangrijk element in het huidige stelsel. ‘Ons huidige stelsel is erg gevoelig voor rentebewegingen. De rente loopt bijvoorbeeld momenteel sterk op. Pensioenfondsen lijden daardoor flinke verliezen op hun beleggingen, maar de dekkingsgraden verbeteren. Dus ondanks onze verliezen komen we nu in een situatie waarin we de pensioenen mogen verhogen. Beide ontwikkelingen zijn moeilijk samen uitlegbaar.’
Marcel snapt daarom dat gepensioneerden bij het fonds aanklopten voor pensioenverhoging. ‘Ze hebben al veel jaren geen inflatiecorrectie gehad en de inflatie is stevig. En we hébben het geld. Dus gepensioneerden zeggen terecht: kijk eens naar uw eigen vermogen. U bent ervoor om mij een goed pensioen te geven. Daar hebben ze gelijk in. Ik kan melden dat we per 1 januari 2022 met terugwerkende kracht een – wettelijk maximale – indexatie geven.’
Als het over het nieuwe pensioenstelsel gaat, constateert Marcel een kloof tussen droom en daad. De wetgever zegt heel ambitieus dat volgend jaar juli de nieuwe Wet toekomstige pensioenen ingaat. Marcel heeft zo zijn bedenkingen. ‘We praten over de grootste herverdeling van financiële middelen tussen generaties sinds mensenheugenis. Je herverdeelt 1.500 miljard euro en de spelregels en rekenregels die moeten gelden, zijn niet duidelijk. Maar wel willen we met elkaar deze wet gaan bespreken en afronden.’ In de Eerste en Tweede Kamer zijn ze er ook nog lang niet uit. Onduidelijk is of er een meerderheid kan worden gevonden voor datgene wat men beoogt, gezien de huidige verhoudingen in het parlement. Wat de vraag doet rijzen of dat nieuwe pensioenstelsel er überhaupt gaat komen. ‘Persoonlijk denk en hoop ik van wel’, antwoordt Marcel. ‘Maar we weten niet hoe het zich gaat uitkristalliseren. Dat hangt af van het politieke krachtenspel.’
Doorsneeproblematiek
Een belangrijke hobbel is de doorsneesystematiek: alle deelnemers in een pensioenfonds betalen dezelfde premie en krijgen daar eenzelfde pensioenopbouw voor terug, ongeacht leeftijd of geslacht. Afschaffing van de doorsneesystematiek gaat gepaard met een rekening van vele miljarden voor Nederland. Over die rekening is nog amper gesproken. Marcel legt uit hoe dat zit. ‘Jongere deelnemers aan fondsen maken, omdat hun geld nog langer in het fonds zit, meer rendement dan oudere deelnemers. Die betalen dus eigenlijk te veel. Later halen ze dat weer in. Vooral oudere deelnemers, van zo’n 50, 55 jaar, betaalden lang relatief veel, die willen bij afschaffing worden gecompenseerd. Dat heeft de wetgever ook toegezegd. Alleen is daar niet bij gezegd wíé gaat compenseren. En hoe. Dat kan nog wel een groot politiek vraagstuk worden.’
Pensioenregeling
Niet alleen komt er een nieuw pensioenstelsel, er komt ook een nieuwe pensioenregeling voor UWV. De cao-partijen (vakbonden en werkgever UWV) gaan erover hoe die eruit komt te zien, niet het pensioenfonds (zie het artikel over de verschillende rollen bij de pensioenvoorziening op pagina 4 en 5). Maar het fonds krijgt wel te maken met nieuwe onderwerpen die veel aandacht zullen vragen. Bijvoorbeeld reserves die opnieuw aangehouden moeten worden. Een mooi voorbeeld is de solidariteitsreserve, een collectieve vermogensreserve waarmee financiële mee- of tegenvallers kunnen worden gedeeld. Ook hier zie je de vragen weer opduiken, constateert Marcel. ‘Hoeveel? Wie gaat dat betalen? Hoe moet dat gefinancierd worden?’
Duidelijkheid gewenst
Het is zonneklaar: de pensioensector snakt naar duidelijkheid. Zijn er überhaupt knopen die al zijn doorgehakt? ‘Alleen dat er een stelsel komt met een keuze uit twee. Of je hebt een premieregeling. Je krijgt als werknemer je eigen pensioenpotje. Daarmee maak je dan zelf beleggingskeuzes. Je kiest dan bijvoorbeeld voor een bepaald beleggingsprofiel of lifecycle. Of je gaat naar het solidaire contract met gedeelde risico’s. De cao-partners zullen die keuze maken.’
In deze uitgave geeft het pensioenfonds zoveel mogelijk duidelijkheid. ‘Speculeren heeft geen zin’, meent Marcel. ‘Maar wij zeggen toe: als meer duidelijk is, gaan wij direct communiceren met onze deelnemers. De juiste dingen, op de juiste wijze, op het juiste moment.’ Tot slot wil Marcel alle gepensioneerden wijzen op de belangenvereniging van gepensioneerden van het UWV, GVU. Op de achterpagina roepen zij gepensioneerden op om lid te worden. ‘Hoe meer mensen zich aansluiten hoe beter het is. GVU is een gesprekspartner voor ons waarmee wij over de actualiteit van pensioenen praten.’
Marcel Snijders (54) is registeraccountant en ruim 25 jaar werkzaam als directeur van diverse pensioenverzekeraars en pensioenfondsen.
Inmiddels is hij tien jaar directeur van Pensioenfonds UWV. Bovendien is hij lid van de vaktechnische commissie van de Pensioenfederatie.
Vraag en antwoord
Dagelijks krijgt onze pensioendesk tientallen vragen over pensioen. In deze rubriek bespreken we de antwoorden die ook voor u interessant kunnen zijn.
Eindigen relatie
Wat moet ik doen als mijn relatie eindigt?
Als uw relatie (huwelijk of geregistreerd partnerschap) eindigt, heeft dat gevolgen voor uw pensioensituatie. Bij beëindiging van uw huwelijk of geregistreerd partnerschap heeft uw ex-partner namelijk recht op de helft van het ouderdomspensioen. Bij een samenlevingsovereenkomst heeft uw ex-partner alleen recht op zogeheten ‘bijzonder partnerpensioen’. U kunt met uw ex-partner afwijkende afspraken maken. Deze afspraken moeten worden vastgelegd in het echtscheidingsconvenant.
Om ervoor te zorgen dat uw ex-partner een deel van het ouderdomspensioen ontvangt, moet u of uw ex-partner binnen twee jaar de pensioenuitvoerder op de hoogte stellen van de scheiding en de eventuele afwijkende afspraken.
Let op: het wettelijk recht op een deel van het ouderdomspensioen geldt niet voor ongehuwd samenwonenden (zonder notariële akte). Ongehuwd samenwonenden moeten zelf afspraken maken over de verdeling van het pensioen.
Zoals u hieronder kunt lezen, heeft uw ex-partner ook recht op het opgebouwde partnerpensioen dat wordt uitgekeerd bij overlijden na pensioendatum. Mocht uw ex-partner afstand willen doen van het recht op partnerpensioen, dan moeten u en uw ex-partner hier Pensioenfonds UWV over informeren.
Overlijden
Wat gebeurt er met mijn pensioen als ik kom te overlijden?
Als u overlijdt, ontvangt uw achterblijvende partner een levenslange partnerpensioenuitkering. Deze uitkering moet uw partner zelf aanvragen. De uitkering begint op de eerste dag van de maand nadat u bent overleden en eindigt als uw partner zelf overlijdt.
Vanaf 1 januari 2005 is de hoogte van het opgebouwde partnerpensioen standaard 35% van uw ouderdomspensioen. Het is ook mogelijk dat het partnerpensioen hoger of lager is. Want toen u met pensioen ging, kon u een aantal keuzes maken voor uw pensioen; keuzes die invloed hadden op het partnerpensioen.
Zo ruilde u misschien (een deel van) uw partnerpensioen voor meer ouderdomspensioen. Dan is het partnerpensioen mínder dan die standaard 35%. Had u een extra verzekering voor partnerpensioen toen u nog werkte? Dan is het partnerpensioen waarschijnlijk méér dan 35% van uw ouderdomspensioen.
Loonheffingskorting
Loonheffingskorting: moet ik die op ‘ja’ of op ‘nee’ zetten?
Iedereen die een uitkering krijgt heeft er recht op: loonheffingskorting. Dit is een korting waardoor u minder belasting en premies voor volksverzekeringen betaalt.
Maar: u mag slechts op één inkomen of uitkering deze korting toepassen. Meestal is het zo dat u de hoogste korting krijgt als u deze toepast op uw hoogste inkomen. Daarom kan het raadzaam zijn om bij een lager inkomen de loonheffingskorting op ‘nee’ te zetten. De Belastingdienst telt alle inkomsten op en kijkt vervolgens of u in een jaar te weinig of te veel belasting heeft betaald over uw totale inkomen.
Kortom: als u meerdere inkomens of uitkeringen heeft, kunt u de loonheffingskorting meestal op ‘ja’ zetten bij uw hoogste inkomen.
Contact
Heeft u vragen over uw pensioen of wilt u een wijziging doorgeven? De experts van onze pensioendesk staan u direct te woord.
De pensioendesk is maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot 17.00 uur telefonisch bereikbaar op 050 582 79 77. Een e-mail sturen kan naar info@uwvpensioen.nl. Veelgestelde vragen worden ook op de website uwvpensioen.nl beantwoord. Mochten onze experts telefonisch niet direct een antwoord kunnen geven, dan maken ze samen met u een terugbelafspraak.
Thema artikel
Naar een nieuw
stelsel: het pensioenfonds
adviseert,
de cao-partijen
bepalen
De cao-partijen (werkgever UWV en de vakbonden) beslissen over de nieuwe pensioenregeling die er straks gaat komen. Het pensioenfonds neemt de regeling in uitvoering. Dat is in grote lijnen de taakverdeling als het gaat om de nieuwe regeling. Maar natuurlijk valt er meer te vertellen.
Een nieuw pensioenstelsel is op komst, en binnen dat stelsel komt er een nieuwe pensioenregeling voor UWV-medewerkers. De vraag is hoe die nieuwe pensioenregeling tot stand komt. Welke partijen zijn erbij betrokken en wat is hun rol?
Om die vraag te beantwoorden gaan we eerst naar de huidige pensioenregeling. De cao-partijen hebben de regeling en de inhoud daarvan bepaald. Het pensioenfonds heeft getoetst of de regeling voldoet aan een aantal criteria en heeft vervolgens de regeling in uitvoering genomen. Zo zal het ook gaan bij een nieuwe pensioenregeling. De cao-partijen moeten allereerst de keuze maken tussen een beschikbare premieregeling, waarbij de deelnemer met zijn eigen pensioenpot voor eigen rekening en risico belegt, en een solidaire regeling, met gedeelde beleggingsrisico’s. Is die keuze eenmaal gemaakt, dan bepalen de cao-partners ook de inhoud van de nieuwe regeling. Daarbij moeten we denken aan zaken als: wat voor pensioendoelstelling willen we? Wat kost dat dan? Hoe kunnen we zorgen dat we onze doelstelling halen? Of het premievraagstuk: wie legt wat in? Wie heeft daar voordeel bij en wie ondervindt nadeel? Hoe groot is dat nadeel en hoe kan kunnen we dat eventueel compenseren? Zo is er een waslijst van punten waarover besluiten moeten worden genomen.
Om gewogen te kunnen beslissen over zulke complexe vraagstukken, doen de cao-partijen een beroep op het pensioenfonds. Ze verzoeken het pensioenfonds hen te ondersteunen en de gevolgen van hun beoogde beslissingen en alternatieve modellen en scenario’s in kaart te brengen. Als de cao-partijen bijvoorbeeld voor compensatie van bepaalde groepen deelnemers een verzoek willen indienen om dat vanuit het vermogen te financieren, dan leggen ze dat bij het fondsbestuur neer om uit te zoeken of het mogelijk is en wat daarvan de consequenties zijn. Het pensioenfonds levert de gegevens en geeft ook aan wat volgens hen wel en niet mogelijk is. En geeft de consequenties weer van andere keuzes.
Als de cao-partijen het eens zijn over de inhoud van de pensioenregeling beoordeelt het pensioenfonds de inhoud. Hierbij legt het pensioenfonds de regeling langs de meetlat. Is de regeling evenwichtig? Is die uitvoerbaar? Kun je uitleggen wat je doet en waarom je het doet? Is het financieel haalbaar? Als de uitkomst positief is, neemt het pensioenfonds de regeling in uitvoering. Het pensioenfonds neemt daarbij natuurlijk mee of de regeling ook voor andere organisaties praktisch uitvoerbaar is, waaronder TKP, dat de pensioenadministratie verzorgt voor het fonds.
In het pensioenfonds zijn alle geledingen vertegenwoordigd, dus ook de gepensioneerden. In de pensioendialoog op de volgende pagina kunt u lezen over de wijze waarop de belangen van gepensioneerden worden geborgd. Ook is er nog de belangenvereniging van gepensioneerden (GVU), waarbij iedere gepensioneerde zich kan aansluiten (zie de achterpagina van deze uitgave). Ook deze vereniging is gesprekspartner bij de totstandkoming van de nieuwe regeling.
Pensioendialoog
Pensioendialoog over het nieuwe pensioenstelsel tussen Stephan Heuvelmans van Pensioenfonds UWV en Frans Lemkes, bestuurslid namens de gepensioneerden
Hoe komt de verhoging van de pensioenen tot stand? Hoe gaat de nieuwe pensioenregeling eruitzien? En wat betekent het voor de gepensioneerden? Deze en andere vragen komen aan de orde in de pensioendialoog tussen Stephan Heuvelmans, hoofd Pensioenzaken bij het bestuursbureau van Pensioenfonds UWV, en Frans Lemkes, bestuurslid namens de gepensioneerden.
‘Hoe worden onze belangen behartigd bij het nieuwe stelsel?’
‘Er wordt goed gekeken naar de belangen van gepensioneerden’
Frans: ‘De verhoging van ons pensioen, dus dat gepensioneerden gecompenseerd worden voor prijsstijgingen, leeft enorm bij de achterban. Sinds jaar en dag zien onze gepensioneerden dat het vermogen van het fonds toeneemt. In al die jaren gebeurde er niets aan indexatie; het koopkrachtverlies van gepensioneerden is inmiddels opgelopen naar ruim twintig procent.’
Stephan: ‘Dat is inderdaad wrang. Volgens de regels van het huidige pensioenstelsel zou indexeren in 2022 niet mogelijk zijn geweest. Maar dit jaar zijn met het oog op de Wet toekomst pensioenen versoepelde regels vastgesteld. De wetgever heeft daarbij bepaald dat pensioenfondsen, voordat ze overgaan naar een nieuwe regeling, versoepelde regels mogen omarmen met betrekking tot het verhogen van pensioenen. Maar aan die versoepelde regels, die ook betrekking hebben op actieve deelnemers, zijn wel voorwaarden verbonden. Een daarvan heeft betrekking op het zogenoemde “invaren” van vermogen in de nieuwe regeling, het overzetten van het vermogen uit de oude regeling naar een nieuwe. De verhoging mag alleen als de cao-partijen de verwachting uitspreken dat zij daadwerkelijk invaren. Dat was tot voor kort nog niet gebeurd. De cao-partijen (werkgever en vakbonden, red.) waren hier aan zet, want die gaan hierover.’
Frans: ‘Je kunt je afvragen waarom cao-partijen hier zo moeilijk over deden. Het gaat slechts om een intentieverklaring, je committeert je daarmee niet aan een definitief besluit; dat neem je pas later.’
Stephan: ‘We hebben de afgelopen maanden intensief contact gehad met cao-partijen over de “intentie tot invaren” omdat er rond dit thema vele vragen leefden. Eind oktober hebben de cao-partijen die intentie uitgesproken. Hiermee is de weg vrijgemaakt om de versoepelde regels toe te passen. Daardoor hebben we kunnen verhogen in 2022 en wel met terugwerkende kracht vanaf 1 januari dit jaar. Dit is goed nieuws nadat we jaren de pensioenen niet hebben kunnen verhogen, maar het houdt het huidige inflatieniveau helaas niet bij. Deze maand neemt het bestuur een besluit over een verhoging van de pensioenen in 2023.’
Frans: ‘Mensen horen dat het pensioen in de nieuwe regeling gaat fluctueren. Wat betekent dat voor de gepensioneerden? Die vraag klemt, zeker bij de huidige onzekere economische situatie.’
Stephan: ‘Ons huidige systeem is ingesteld op het behoud van de pensioenuitkering. Die zekerheid kost geld. Dat komt tot uitdrukking in hoge buffers die we verplicht aanhouden. Geld dat je niet kunt aanwenden voor gepensioneerden. Door die buffers hoef je minder snel te korten, maar je kunt ook minder snel pensioenen verhogen. We gaan nu naar een stelsel waarin de buffers lager zijn. Je pensioen wordt inderdaad minder stabiel.’
Frans: ‘Hoe worden de belangen van de gepensioneerden in dit proces naar een nieuwe pensioenregeling behartigd?’
Stephan: ‘De cao-partijen zijn aan zet voor de keuze van een nieuwe pensioenregeling: een solidaire pensioenregeling of een flexibele pensioenregeling. Gepensioneerden worden hier vertegenwoordigd door de vakbonden. Het bestuur, met daarin bestuursleden namens de gepensioneerden, kijkt naar een evenwichtige belangenafweging, dus met oog voor ieders belangen. Het bestuur legt verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan. Ook hier zitten leden namens de gepensioneerden. Tot slot is in het huidige wetsvoorstel een rol weggelegd voor de Gepensioneerdenvereniging UWV (GVU). Deze heeft namelijk een hoorrecht bij het vraagstuk “invaren”. Dus die wordt gehoord in de voorgenomen besluitvorming van het bestuur.’
Frans: ‘Goed dat het pensioenfonds hier kritisch over meedenkt en dat de GVU hoorrecht heeft. En dan is er nog een klankbordgroep…’
Stephan: ‘Je hebt een stuurgroep, daar zitten cao-partijen in en het pensioenfonds. Daar worden besluiten genomen en die worden getoetst bij de klankbordgroep om te kijken wat leeft bij de verschillende geledingen. Daarin zijn ook de gepensioneerden en de GVU vertegenwoordigd. We beogen daarmee draagvlak te creëren.’
Frans: ‘De nieuwe Wet toekomstige pensioenen is een halfjaar uitgesteld. Wanneer gaat pensioenfonds UWV over naar de nieuwe regeling?’
Stephan: ‘Voordat de wet werd uitgesteld hebben we duidelijk een stip gezet aan de horizon, namelijk 1 januari 2026. Daarvoor moet het traject zijn afgerond. Die stip blijft staan. Maar wij zijn niet de enige schakel in dat spel. Denk bijvoorbeeld aan onze pensioenuitvoeringsorganisatie TKP, die er ook klaar voor moet zijn. We beoordelen nu wat de impact is van het uitstel van de wet op de voorbereidingen van TKP.’
Frans: ‘De politiek is een onzekere factor. In de Tweede Kamer leven veel vragen. De huidige regeringscoalitie heeft geen meerderheid in de Eerste Kamer. Als het traject daar lang duurt, komen er eerst nog verkiezingen. Dan is alles weer afhankelijk van de uitslag daarvan. Alles ligt nog op tafel.’
Stephan: ‘Dat klopt. En zodra er meer duidelijkheid is, gaan we daarover communiceren.’
Frans Lemkes heeft in het verleden acht jaar in het bestuur gezeten namens de actieve deelnemers. Namens de gepensioneerden heeft hij zitting in de Beleggingscommissie en is hij plaatsvervangend bestuurslid. Hij is voorzitter van de taskforce Wet toekomst pensioenen.
Stephan Heuvelmans werkt als hoofd Pensioenzaken bij het bestuursbureau van pensioenfonds UWV. Daarnaast is hij WTP-officer: hij coördineert binnen het pensioenfonds zaken rond het project WTP (Wet toekomst pensioenen; de weg naar een nieuwe pensioenregeling) en zit als vast lid in de projectgroep met cao-partijen. Ook ondersteunt hij een taskforce, een voorbereidende commissie voor het bestuur, over dit onderwerp.
Betaaldata
Betaaldata 2022:
Woensdag 21 december 2022
Betaaldata 2023:
Maandag 23 januari 2023
Donderdag 23 februari 2023
Donderdag 23 maart 2023
Maandag 24 april 2023
Dinsdag 23 mei 2023
Donderdag 22 juni 2023
Maandag 24 juli 2023
Woensdag 23 augustus 2023
Donderdag 21 september 2023
Maandag 23 oktober 2023
Donderdag 23 november 2023
Donderdag 21 december 2023
Actueel
Actueel
Nieuwe Pensioenwet: laat uw stem horen via de GVU
Wilt u graag uw stem laten horen over de nieuwe Pensioenwet? Dat kan via een lidmaatschap van de Gepensioneerdenvereniging UWV (GVU). De GVU heeft als doel om de (financiële) belangen van de gepensioneerden te behartigen en is op zoek naar nieuwe leden.
‘De besluitvorming over de Wet toekomstige pensioenen nadert’, vertelt voorzitter J. de Kat. ‘Het gaat om grote financiële belangen. Via het zogeheten hoorrecht kan en zal de GVU de belangen van de gepensioneerden inbrengen. Daarbij is het essentieel dat de GVU een groot mandaat heeft en kan spreken namens een groot aantal gepensioneerden. Om die reden doen wij een oproep om lid te worden.’
De kosten voor een lidmaatschap bedragen 12 euro per jaar. Aanmelden kan via de administrateur van de GVU, Margo Herinx. Zij is telefonisch bereikbaar via 072 5824457 of per e-mail: gvu@hetnet.nl. Voor meer informatie, bezoek de website: gepensioneerdenvereniginguwv.nl.
Van het bestuur
2023: jaar van beslissingen
‘Vers van de pers is het goede nieuws dat we de pensioenen van gepensioneerden kunnen verhogen. Dit jaar met terugwerkende kracht. Over het komende jaar beslissen we binnenkort. We mogen dat doen nu de cao-partijen hebben besloten te gaan werken aan een nieuwe pensioenregeling. Die nieuwe regeling heeft te maken met de Wet toekomst pensioenen, die onlangs in de Tweede Kamer behandeld is. De wet maakt in grote lijnen twee soorten regeling mogelijk; u leest er alles over in deze editie van Pensioen & U. De cao-partijen hebben criteria geformuleerd waaraan de nieuwe regeling moet voldoen. Het ziet ernaar uit dat hun voorkeur ligt bij een meer solidair contract. Bij het uitwerken van de verschillende varianten gaan we onderzoeken of die echt voldoen aan de vooraf gestelde voorwaarden. Anders moeten we ons huiswerk opnieuw doen, en komen we misschien toch op een ander punt uit. Komend jaar worden dus veel belangrijke beslissingen genomen, we houden u hiervan uiteraard op de hoogte.’
Toine van der Stee, bestuursvoorzitter van Pensioenfonds UWV
Hoeveel deelnemers heeft uw pensioenfonds en wat betalen we uit aan ouderdomspensioen? We zetten voor u een aantal kerncijfers op een rij. Meer vindt u terug in ons jaarverslag: www.uwvpensioen.nl/jaarverslagen. Vanaf juni vindt u daar het jaarverslag over 2021.
Pensioen in cijfers
Er waren eind 2021 bij
Pensioenfonds UWV
58.505
deelnemers geregistreerd
Daarvan waren er
16.059
gepensioneerden en mensen
die prepensioen ontvangen
We betaalden
€ 163.822.000
aan ouderdoms-
pensioenen uit
We betaalden
€ 24.698.000
aan partner-
pensioenen uit
We betaalden
€ 467.000
aan wezen-
pensioenen uit
We betaalden
€ 5.120.000
aan pre-
pensioenen uit
We betaalden
€ 5.036.000
aan arbeidsongeschikt-
heidsuitkeringen uit
We betaalden
€ 642.000
aan ANW-
aanvulling uit
Ons gemiddelde
beleggingsrendement
in 2021: 4,8%
de afgelopen 5 jaar: 6,1%
Verplichtingen:
8.510,9
(in miljoenen euro)
Bezittingen:
9.525,6
(in miljoenen euro)
Wij zijn er voor je.
Heb je vragen over je pensioen? Of wil je een wijziging doorgeven? Ons team staat voor je klaar.
Maandag t/m vrijdag
09:00 uur tot 17:00 uur
Bel ons op (050) 582 79 77
Stuur ons een mail op:
info@uwvpensioen.nl
